Context in kaart
Jan van Til
Het in kaart brengen van onbekend terrein is vaak een hele
toer. Helemaal wanneer door gangbare manier van denken en doen, wezenlijke
terreinaspecten in slagschaduw blijven staan en maar moeilijk het netvlies van
ons bewustzijn bereiken.
Wie – ik geef toe; het is wat moeilijk voor te stellen, maar
probeert u het alstublieft toch eens…, wie zijn hele leven op tweedimensionaal
ervaren terrein doorbracht, heeft grote moeite om, eenmaal aannemelijk gemaakt,
zo’n terrein in drie dimensies te (be)grijpen – laat staan in kaart te brengen.
Dat wil zeggen: op de manier zoals hij/zij dat in twee dimensies gewend was te
doen. Want hoewel er natuurlijk voldoende overeenkomsten zijn, blijkt zo’n
terrein tegelijk toch ook weer wezenlijk anders in elkaar te steken.
Eveneens moeilijk voor te stellen – ik geef het opnieuw toe,
maar probeert u het alstublieft toch eens…, is dat op het gebied van
informatiemodellering nog een, zeg maar even, derde dimensie in slagschaduw op
ontdekking wacht.
Wanneer we op het terrein van informatiemodellering iets
nieuws, iets afwijkends, iets derde-dimensie-achtigs
tegen het lijf lopen, proberen we reflexmatig zo’n… uhh…
uhh… anomalie in te passen in ons vertrouwde denk- en
handelingskaders. Wanneer dat niet lukt, wiebelt anomalie, kantelt en valt
uiteindelijk stil – met de jammer-dat-werkt-dus-niet
zijde naar boven gekeerd. Schouders maken op-en-neergaande beweging en we
schudden het idee uit onze gedachten. In geval de anomalie, al wiebelend, de
andere kant op viel, slaagden we er in dat ‘nieuwe’ idee op bekend denkspoor te
rangeren. Ook dan halen we, mogelijk licht geïrriteerd, onze schouders op; nu
ligt de kennen-we-al-niets-nieuws-dus zijde boven [1].
Op deze manier blijft de kaart echter verstoken van nieuwe
mogelijkheden en het terrein zelf op wezenlijke punten onbekend.
Zo dreigt het ook te gaan met modellering van informatie. We
menen oprecht het modelleringsterrein goed in kaart
te hebben gebracht. En we zien zomaar voorbij aan de mogelijkheid dat het
terrein – ondanks onze inspanningen, goede bedoelingen enzovoort nog wezenlijk
onbekende elementen zou kunnen bevatten. Hoewel er meer dan voldoende problemen
(lees: aanwijzingen) zijn op het gebied van ontwerp, bouw en exploitatie van
duurzame informatiesystemen… en we langzaam maar zeker ook zouden kunnen
concluderen dat er, cartografisch gesproken, toch echt nog één en ander aan
onze kaarten mankeert… zien we (hardnekkig) aan de mogelijkheid van onontdekte
‘derde dimensie’ voorbij. En, netzo hardnekkig, doen
we nog harder, nog meer ons uiterste best om op basis van oude kaarten onze
routes nòg beter uit te stippelen [2]. Het is alsof we proberen te zeggen: “Joh, geloof ons nu maar
– als je met dat steentje in je schoen nu maar gewoon stevig blijft doorlopen,
haal je de finish echt wel!” Zou het?
Nee, het wordt tijd om die ‘derde dimensie’ eens serieus op
ons netvlies te zetten. Want wie weet onthult terrein zomaar tot dan toe
ongeziene en zelfs ongeëvenaarde mogelijkheden [3]. Niet te
missen wegen die ons zoveel vlotter en beter naar Rome leiden dan we nu voor
mogelijk gehouden. Ongelooflijk! Dat we ‘dat’ al die tijd niet zagen…!
Als we goed kijken, echt goed kijken… zien we zomaar dat het
voor mensen eenvoudigweg draait om betekenis-van-informatie.
Dan zien we zomaar dat betekenis-van-informatie
situationeel is. Niets nieuws eigenlijk; dat is altijd al zo geweest. Wat een,
ik noem maar even wat, schroef is, hangt nu eenmaal af van de situatie waarin
zo’n schroef zich aan ons voordoet. Ja, duh, nogal
wiedes, zegt u – en u begint zich af te vragen wat hieraan zo nieuw-nieuw-nieuw is en wellicht borrelt zelfs de gedachte
op of u zult doorlezen of niet [4]. Let dan op;
nu komt het!
Wezenlijke vraag: Wat doet u in uw praktijk-van-alle-dag
met de hele overweging die ten grondslag ligt aan die vaste definitie/betekenis
van een bepaald geval van schroef?
Precies! Eigenlijk niets. Die overweging raakt doorgaans snel
in vergetelheid verloren; alleen de uitkomst ervan, de definitie, blijft
bewaard.
Doodzonde.
Ja, doodzonde, want die overweging bevat nu net de kern van waar het qua betekenis-van-informatie om draait! Die overweging bestaat
natuurlijk ook weer uit allerhande samenhangende informatie; informatie die
uitgerekend uitmaakt over welke schroef het in het onderhavige geval precies
gaat. Het is juist díe informatie die de grond vormt
voor de betekenis van onze schroef, en precies op die manier – inderdaad… situationeel vàstligt [5]. En juist die informatie raakt in de vergetelheid?
Uitgerekend zo’n, zeg maar even, informatiemodel voor schroef gaat verloren?
We zouden ons – met recht en reden – kunnen, ja, moeten
afvragen: “Waar zijn we (dan) mee bezig?!” en “Dat we ‘dat’ al die tijd niet
zagen…!”
Nee, die hele overweging, die hele basis, die hele context –
zeg ook maar, dat hele informatiemodel (!) is cruciaal om keer op keer
trefzeker op de juiste schroef uit te komen. Wat voor schroef het ook is! En
daarom… daarom móet die context expliciet worden
gemaakt en netzo expliciet worden gemodelleerd.
En dat levert een nieuw soort informatiemodellen op. Onze oude
en vertrouwde modellen zijn uitermate context-arm en
(be)staan los en zonder duidelijke relatie. De nieuwe modellen zijn heuse
contextuele weefwerken [6] en hangen duurzaam samen – dankzij
geëxpliciteerde context. Want contextuele informatie is ook weer gewoon…
informatie [7]. Nietwaar? En het informatie-brokje
dat in het ene geval ‘slechts’ in con-textuele zin
haar rol vervult, telt in een ander geval mogelijk in textuele
zin. En in weer een ander geval doet het juist in in-textuele
zin mee. In zo’n nieuw informatiemodel is wat als context telt steeds weer
opnieuw afhankelijk van de exacte schroef etc. waar we van geval tot geval
belang in stellen.
Hamvraag is nu even: wat denkt u van deze ‘anomalie’? Wiebelt-ie nog? Is-ie al
omgevallen? Of… en dat zou natuurlijk ‘goud’ zijn… of is er (begin van) nieuw
inzicht aan uw horizon verschenen? En bevat het terrein dus tòch
onbekende, tot nu toe over het hoofd geziene, maar o zo praktische elementen.
Elementen waar u dan subiet het fijne van wilt weten! Dat spreekt voor zich.
Noten:
[1] Zie evt. ook Just
Thinking. Daar beschreef ik deze menselijke eigenaardigheid (zij het dat
die eigenaardigheid daar, in Just Thinking, is toegespitst op
informatierotonde).
[2] Over deze menselijke eigenaardigheid schreef ik in A Faster Horse (zij het dat die
eigenaardigheid daar, in A Faster Horse
is toegespitst op informatierotonde).
[3] Via Paradigm Shift raakt zo onmiskenbaar eenvoudige en
helder gevisualiseerd (YouTube) wat hier in woorden,
zinnen en regels (moeizaam) wordt geschetst.
[4] What’s Really New Here beschrijft kort deze menselijke eigenaardigheid.
[5] In Situational Meaning schreef
ik over het belang van en heersende moeite rondom het situationele van betekenis van informatie.
[6] Met alle nadruk op “weefwerk” verwijs ik hier naar aanzet tot stelselmatig
informatiemodel in het overheidsdomein. Dat weefwerk, dat model
(goed leesbaar op A0-formaat!) zet Suwinet, de
registers GBA, BAG en BOR en ook uitvoeringsorganisatie ordelijk samenhangend
op één kaart! De bij de verschillende modellen behorende documentatie treft u
op dezelfde website aan.
[7] Architecture of Information
laat zien dat informatie nooit an sich,
maar altijd als informatie-in-context bestaat.
Altijd.
Oktober 2013, 2013 ©
Jan van Til